De populariteit van een Nederlandstalige schrijver hoeft natuurlijk in het vaderland niet gelijk te lopen met die in een ander land. Neem Simon Carmiggelt (1913-1987). In Nederland is deze onder het pseudoniem Kronkel opererende auteur nagenoeg geheel vergeten. Daar heeft de korte opleving dankzij Uitgeverij Van Oorschot weinig aan kunnen verhelpen. De bloemlezing met de titel Gedundrukt werd uitgeven om de 100ste geboortedag te herdenken. Onverwachts werd het een bescheiden bestseller. Het verkoopsucces heeft menigeen verbaasd, zelfs uitgever Van Oorschot. Maar aan die verbazing zal nu wel weer een einde gekomen zijn.
Het is weer business as usual. Carmiggelt ligt als voorheen te verstoffen, maar mijn klasje op de talenschool heeft hem ontdekt. De talenschool staat overigens in de straat Školská, schuin tegenover het geboortehuis van Jaroslav Hašek (1883-1923), de auteur van De lotgevallen van de brave soldaat Švejk. Als luisteroefening was ik op zoek naar iets origineels, iets wat goed te verstaan is en wat rustig verteld wordt. Zo eenvoudig is dat nog niet, maar ik herinnerde me de Kronkels die ooit door de auteur voor de tv voorgelezen werden. Ze bleken grotendeels via youtube nog te traceren.
Ik koos voor de voordracht uit 1987 van de Kronkel Het onthaal. Begeleid met vragen stuurde ik de link rond. Tot mijn grote verrassing sloeg Carmiggelt aan en nog verrassender was dat ze zijn melancholie, zijn oog voor het kleine, goed doorhadden. Leerzaam waren de vele Nederlandse zegswijzen die door de tekst gestrooid waren. De meesten hadden in korte tijd alle filmpjes met de voordragende Carmiggelt bekeken. Pas geleden hoorde ik via het radioprogramma OVT Carmiggelt zijn verhaal Hongerwinter voorlezen. Ik stuurde weer een link rond en iemand gaf de volgende les een presentatie over dat rampzalige laatste oorlogsjaar.
Met deze opsteker dacht ik de studenten van de universiteit ook te kunnen enthousiasmeren, maar hen liet het redelijk onberoerd. Maar zij zijn meer gecharmeerd van Verhulst, Wieringa en Grunberg. Ik zal het nog eens met de Boontjes van Louis Paul Boon proberen, maar op de talenschool blijft Carmiggelt de held. Ze zoeken zelfs, als ze Nederland bezoeken, de antiquariaten af op zijn verzamelbundels.
Albert Gielen (Praag)