Om mijn leven hier in Zweden hier wat meer voor te stellen, vertel ik best eerst iets over de stad waar ik woon. In de vorige blog vertelde ik al dat ik in Göteborg woon, een stad met een half miljoen inwoners aan de westkust van Zweden. Als je op de landkaart van Zweden kijkt, zie je dat het land in het zuidwesten een vrij lange kuststrook heeft die bezaaid is met kleine schereneilandjes. Göteborg ligt precies bij zo\'n scherengebied aan de monding van de brede Gtarivier. Je kan al raden dat de kust er hier helemaal anders uitziet dan de rechte strook zand en duinen van de Belgische en Nederlandse kust. De kustlijn is hier grillig uitgehakt door de gletsjers van de laatste ijstijd. Vlak voor de kust steken overal rotseilandjes boven de zeespiegel uit die begroeid zijn met een typische mengeling van heide, taaie grassen en windgegeselde dennen. Sommige van die eilandjes zijn onbewoond, en vormen een echt paradijs voor zeevogels. Andere eilanden zijn dan weer wat groter, en hebben idyllische jachthaventjes waar je met de ferry vanuit Göteborg gemakkelijk heen kunt om op je gemak wat op een terrasje te zitten drinken of een fikse wandeling te maken langs de rotskust. Helaas is het daarop nog even wachten tot de lente komt! Nu ligt de hele stad onder een flinke laag sneeuw en ijs zodat je met moeite rechtop kunt blijven op straat. Iedereen klaagt dat het hier in jaren niet zo koud geweest is. Ja, het is echt wachten en verlangen tot de lente eraan komt met zijn zon en terrasjes. Nog maar drie maandjes wachten meer, tot in mei!
Evie Coussé (Göteborg)