Een realistische en haalbare taalnorm
‘Je moet je overal en in alle omstandigheden behoorlijk kunnen uitdrukken en je taalgebruik mag niet in die mate opvallend zijn dat het ervoor zorgt dat de inhoud niet meer te volgen is.’ Dat zijn de criteria die taalkundige Steven Delarue voor leerkrachten verkiest boven de klassieke norm van het Standaardnederlands. Hij vindt die maatstaf realistischer, want het Algemeen Nederlands kunnen weinigen vlekkeloos spreken en de klassieke norm leidt dus tot nodeloze stress.
‘Ik pleit wel voor een meer pragmatische aanpak en die sluit begrip in voor de verdedigers van de standaardnorm, maar evenzeer voor de realiteit. De verdedigers van de standaardtaal als enige norm bezondigen zich aan “standaardfetisjisme”: ze uiten hun standpunt zo vurig, dat een normale discussie niet meer mogelijk is.’ Delarue citeert in dit verband herhaaldelijk en ietwat gretig De Standaard-columniste Mia Doornaert, die ‘de mensen bang maakt om te spreken’, die ze als het ware ‘demoniseert’.’
Dat alles zegt Steven Delarue in een interview met Bruno Comer en Filip Devos in het nieuwe nummer van ‘Over taal’. Dat interview kunt u integraal lezen op www.overtaal.be.
Verder in het nieuwe nummer van Over taal (jrg. 55, nr. 5, 2016):
● Taalwerk: Hoe ons brein reageert op groter als: een fMRI-studie (door Helen de Hoop en Ferdy Hubers)
‘In psycholinguïstische experimenten wordt vaak gekeken naar het verschil in verwerking tussen grammaticale en ongrammaticale zinnen. Nog niet eerder werd specifiek gekeken naar de verwerking van zinnen zoals ‘Jan is groter als Piet’, zinnen die door sommige mensen als ongrammaticaal en door anderen als grammaticaal worden bestempeld. Zulke constructies komen weliswaar veel voor in het dagelijks leven, maar worden sterk afgekeurd door prescriptieve grammaticaregels en daarmee ook door veel moedertaalsprekers van het Nederlands. Veel sprekers van het Nederlands ergeren zich mateloos aan het gebruik van zulke ‘foute’ constructies.’
De auteurs onderzochten verschillende van zulke 'foute' constructies in een fMRI-studie (scanneropnames van de hersenactiviteit).
● Dossiers: Onze klant biedt u een leuke job en je krijgt een passend loon.
Over aanspreekvormen in jobadvertenties (door Mathias Van Houdt en Albert Oosterhof), en Heeft u graag nog een dessert? Of wilt ge een digestiefje bij de koffie? Taalvariatie in aanspreekvormen (door Kris Helincks)
Twee dossiers over aanspreekvormen.
● Recensie: Gluren bij de buren (door Filip Devos)
Heidi Aalbrecht en Pyter Wagenaar hebben weer een boekje uit. In de Week van het Nederlands verscheen van het schrijversduo bij Van Dale Gluren bij de buren. De leukste taalverwarringen tussen Vlamingen en Nederlanders. Een overheerlijk bladerboekje is het geworden, dat op een vaak vermakelijke wijze iets zegt over de geografische variatie in het lexicon van het Nederlands.
● en verder de vaste rubrieken Broodje taal, Taalwerk, Taalkronkels, Te boek, Column en Errata?
Over taal is een algemeen wetenschappelijk-populariserend tijdschrift over taal, tekst en communicatie. In elk nummer: een interview, twee bijdragen over taal in de ruime zin van het woord, twee praktische taal-, tekst- en/of communicatiedossiers, en de vaste rubrieken 'Broodje taal' (over taalzorg), 'Idioom & Co' (over idiomatische uitdrukkingen), 'Te boek' (boekrecensies), 'Taalkronkels' (de lichte taalhumorrubriek), een 'Column' en een rubriek 'Errata?'. |
Het tijdschrift Over taal gaat ook in 2017 door met taalwetenschapspopularisering in het Nederlands en doet dat door:
● een nieuwe lay-out van het blad
● nieuwe abonnementsprijzen!
Alles wordt duurder, maar niet Over taal.
Een abonnement kost voortaan 40 euro in plaats van 47,74 euro en diezelfde prijs geldt nu ook in Nederland. Leraren en docenten krijgen daar bovenop nog eens 20% korting (32,47 euro) en studenten zelfs 40% (24,95 euro). Abonnees buiten Nederland en België betalen 55 euro.