Vorig jaar in november vierde de vakgroep Neerlandistiek te Belgrado zowel haar 25-jarig bestaan als bijvakstudie als haar 10-jarig bestaan als hoofdvakstudie. Voor de aanwezige studenten, alumni, docenten en vrienden was de plechtigheid een mooie gelegenheid om een voor- en namiddag lang nog eens ondergedompeld te worden in die ontstaansfasen waar ze ooit zelf actief deel van uitmaakten. Mij deed de terugblik in het verleden onmiddellijk denken aan een historie van nog een andere soort.
In oktober 1987 werd aan de Filologische faculteit van Belgrado de eerste les Nederlands als bijvak gedoceerd. Zo’n anderhalve maand daarna stopte een jongetje van 6 maanden in een geheel andere wijk van Belgrado zijn hele hand in de verjaardagstaart van zijn oudere broer, die net twee was geworden.
Door het zekere toedoen van hun opa, die leraar Engels op de basisschool was en met wie de jongetjes vaak de hele zomer aan de Montenegrijnse kust doorbrachten, groeide de huilende tweejarige broer langzamerhand uit tot een taalliefhebber. Zijn onhandige broertje bleek meer belangstelling voor het water te koesteren en heeft de verjaardagstaarten snel door een waterpolobal vervangen.
Toen het tijd werd om voor een studie te kiezen, lag filologie uiteraard het meest voor de hand. Ik wilde het liefst een West-Germaanse taal studeren maar hunkerde evengoed naar iets nieuws en vaak ook vreemds – zoals haast elke puber.
Logischerwijze kwam het nieuws van de Filologische faculteit in verband met de verschillende vakgroepen razendsnel bij ons op het Filologisch gymnasium terecht. De Duitse taal was geen optie omdat je het toelatingstentamen alleen in het Duits kon afleggen en op school had ik naast het Engels enkel met het Russisch geworsteld; het Engels was daarenboven nieuw noch vreemd.
Toen in oktober 2002 bekend werd gemaakt dat de Vakgroep Neerlandistiek opgericht was als hoofdvakstudie viel mijn keuze natuurlijk meteen daar op.
Als je van talen houdt, moet je weten dat ze – net zoals mensen – geen eilanden zijn: door middel van taal andere culturen verkennen, zou niet alleen tot de vier muren van het leslokaal beperkt mogen blijven. Tot mijn liefde voor het Nederlands hebben, naast de studiejaren op de Filologische faculteit, ook de zomercursussen en uitwisselingsprogramma’s enorm bijgedragen.
Dat vriendschappen en gezamenlijke interesses tot overbrugging en samenwerking aansporen, is ook het idee achter de Comenius zomercursussen die jaarlijks in de Centraal-Europese regio georganiseerd worden voor studenten uit een twaalftal landen. Het is de taak van de Vakgroep Neerlandistiek om dit jaar de zomercursus in Belgrado te organiseren: met Alles is liefde als hoofdthema en leidraad vieren we dit jaar niet alleen de liefde voor het Nederlands en voor de neerlandistiek, maar eveneens voor de medemens, en plaatsen we onze telescoop al in de richting van het volgende jubileum!
P.S. Hoewel het aanvankelijk leek dat mijn broer en ik voor twee volkomen verschillende levenslopen en loopbanen zijn gegaan, geeft hij ook les, maar dan als waterpolotrainer. Bovendien stond hij in 2012 op de vierde plaats in de topscorelijst hoofdklasse heren van Nederland, als speler van MNC Dordrecht. Wat handig dat hij Nederlandse les van zijn eigen broer via Skype kan krijgen.
Mirko Cvetković (Belgrado)