Het is weer taalcoachavond. De laatste van dit jaar. Voor mijn deur staan vijf dames in vol ornaat met hun handen vol.
'Ik heb mijn zelfgebakken koekjes meegenomen. Mijn excuses', zegt één van hen. Als je daar al je excuses voor moet maken, denk ik verwonderd. Eén van hen draagt een enorm groot pak.
Als we aan tafel plaatsnemen en de thee is ingeschonken, neemt mijn buurvrouw het woord. 'We willen je heel erg bedanken voor de Nederlandse avonden. We hebben allemaal wat in deze mand gedaan voor je. Maar dat is veel te weinig!' Ik maak ietwat van slag het enorme pakket open. Een grote mand met allemaal lekkernijen, badspullen, prachtige zelfgemaakte armbanden - in mijn kleuren! – en van iedereen een envelop. Ik aarzel om ze open te maken. Een van de dames ziet mijn aarzeling. 'Lees die maar rustig door als wij weer weg zijn.' Ik bedank ze hartelijk voor de vele cadeaus. 'Nu heb ik echt een kerstpakket gekregen', zeg ik. Als zelfstandige krijg je die meestal niet.
De dames zijn allemaal bekend met het Nederlandse fenomeen kerstpakket en het gesprek gaat over naar de wonderlijke spullen die je in zo'n pakket aantreft. En zo komen we als vanzelf uit op eten. Altijd een goed onderwerp voor een taalavond. Mijn buurvrouw vraagt wat ik het liefst op tafel zet als ik gasten heb. 'Drie gangen,' antwoord ik. 'Liefst met soep en ik vraag altijd vooraf of mijn gasten vegetarisch zijn en of ze wel vis lusten. Veel Nederlanders lusten geen vis', leg ik uit. En voor een toetje is iets met chocolade of ijs altijd goed. Nederlanders zijn dol op chocolade weten de dames.
Zij vertellen vervolgens allemaal hoe zij gasten verwelkomen. Ik sta versteld van de enorme hoeveelheid en diversiteit van de de gerechten die zij aanbieden. Eén van de dames uit Israël vertelt dat ze vroeger dacht dat ze echt Europees was, maar sinds ze in Nederland woont en het verschil ziet tussen de hoeveelheid die zij aan eten serveert en haar Nederlandse kennissen en vrienden, heeft zij de conclusie getrokken dat ze toch echt uit het Midden Oosten komt. De tafelgenoten lachen. Haar buurvrouw vertelt dat ze onlangs in een tapasbar was voor haar verjaardag en dat ze verbaasd was over de afgepaste hoeveelheden. Drie kleine garnalen op een schaaltje. Wel goed voor de lijn, merkt ze op. De stemming zit er aardig in vanavond. Ook in Roemenië wordt er uitgebreid gekookt voor gasten, met zeker zes voorgerechten en drie desserts. In Israël gaat het bij bruiloften minder om de bruid en de bruidegom dan om het eten. Zoveel eten! En het lijkt ieder jaar meer te worden. 'Heeft dat met competitie te maken?' vraag ik. 'Ja, het heeft ook wat Amerikaans', analyseert mijn tafelgenote.
Als iedereen uitverteld is over haar kookervaringen, laat ik wat kookboeken rondgaan. Er wordt met veel interesse in gebladerd. De combinatie van foto's en tekst is daarbij handig. De Roemeense vertelt dat ze al achttien jaar, sinds de tijd dat ze in een studentenhuis woonde in Boekarest waar ze geen koelkast had, vegetarisch eet. 'Wauw' zeggen de vleesminnende dames met Latijns Amerikaanse achtergrond in volle bewondering. Ik vertel wat gourmetten is en waarom het in Nederland zo populair is. 'Vandaar al die pakketten met kleine stukjes vlees in de supermarkt,' merkt een van de dames op. 'Ik ga ook een gourmetstel kopen', antwoordt een ander. 'Leuk doe-het-zelf-koken met de kinderen.'
Aan het einde van de gezellige avond vertelt een van de dames me dat ze in het nieuwe jaar van plan is om deel te nemen aan de hardloopclub waar ik bij loop. Ik nodig haar uit om samen met mij te gaan zodat ik haar kan voorstellen. 'Lopen?' vraagt haar overbuurvrouw, M. 'Rennen,' antwoordt L. 'Pfoeh, dat is mij te snel', zegt de overbuurvrouw lachend. 'Dan ga ik wel met je wandelen', biedt haar buurvrouw aan. M wrijft over haar buik. Goed idee met al dat lekkere eten.
Ik wens jullie allen fijne feestdagen en veel inspiratie voor 2011!
Ingrid Magilsen (Eindhoven)