Afgelopen weekeinde ben ik in Nederland geweest. In ’s-Hertogenbosch. Boekenweek in Nederland; dat had ik al in de krant gezien. Ook in ‘s-Hertogenbosch was het boekenweek. Wat wel hieruit bleek dat je bij aanschaf van een boek er nog een klein boekje bij cadeau kreeg. Plus da n nog dat je met dat gratis boekje op zak vrij reizen had met de trein.
Zondagmiddag kocht ik een treinkaartje, want ik moet een eind België in, en de boekenweek stopt bij de grens. Ik legde de man achter het loket uit dat ik enkel voor het Belgische gedeelte van de reis een kaartje wenste, en zwaaide met mijn boekenweekgeschenk. ‘Ja’, zei hij, ‘de NS is hoofdsponsor van de boekenweek; de NS doet ook wel ‘ns iets goeds’.
Daaruit sprak, dunkt me, een zekere verbittering. Zoal niet uit eigen ervaringen met de NS, dan doordat klagende reizigers zijn neus uit kwamen. Het was een prachtige zondagmiddag, en het leek me niet raadzaam om met de man in discussie te gaan.
Eenmaal gezeten in mijn comfortabele trein, die stipt op tijd vertrok, bleef ik nadenken over de Nederlandse Spoorwegen. Ik behoor niet tot het malcontente deel der natie, maar wil anderzijds ook niet verhelen dat de
Nederlandse Spoorwegen mij wel eens verbazen. Het meest om hun blijkbaar onbedwingbare neiging om stations
voortdurend af te breken en weer op te bouwen. Afgezien van monumenten als Amsterdam CS en Den Haag Hollands Spoor wordt, geloof ik, ieder Nederlands treinstation minstens eens in de tien jaar afgebroken en
vervangen door iets anders. Station Arnhem is nog niet heropgebouwd, of ze staan al klaar om Rotterdam CS af te breken. En ondertussen worden er al plannen gesmeed om Utrecht CS te slopen, en ook Den Haag CS staat er al weer veel te lang onaangeroerd. Dat zijn dan de grote stations. De kleintjes worden, geloof ik, om de zes à zeven jaar afgebroken. De verf is nog niet goed en wel droog of de sloper wordt al besteld. Tegenwoordig wordt zo’n klein
stationnetje veelal vervangen door alleen maar een kaartjesautomaat, wat binnen luttele jaren natuurlijk sloperskosten bespaart.
Ik woon in België, en daar laten we een station gewoon staan. Ik leid daaruit af, dat het dus kàn. Hetgeen mijn verbazing over de Nederlandse afbreek- en opbouwwoede alleen maar vergroot.
Station ‘s-Hertogenbosch is erg nieuw; ik schat van twee of drie jaar geleden. Ik heb, voor als dit station naar verwachting over zeven of acht jaar dus tegen de vlakte gaat en wederopgebouwd zal worden, een goeie tip.
Momenteel prijkt op de voorgevel, in koeien van letters: ‘s-HERTOGENBOSCH. Erg handig voor als je niet weet waar je bent. Maar groter nog is de kans dat een vreemdeling dat wèl weet, maar niet weet wat voor gebouw dit is.
Mijn tip: CENTRAAL STATION.
Joop van der Horst (Leuven)