Dit jaar viert de IVN haar veertigjarige bestaan. In 1970, tijdens het Vierde Colloquium Neerlandicum in Gent, werd de vereniging opgericht. Onlangs vroegen wij leden van de IVN en bezoekers van onze website gedichten voor te stellen die aansluiten bij dit jubileum.
Er zijn uiteindelijk zes gedichten voorgesteld die stuk voor stuk zeer toepasselijk en inspirerend zijn voor 40 jaar IVN. Het kiezen van "een beste voorstel" was dan ook een onmogelijke opgave! Die keuze maken we dan ook niet.
We laten vijf gedichten meedoen in de jubileum-vertaalactie. Van Rutger Kopland werden twee gedichten voorgesteld: Moedertaal en Tijd. Na veel wikken en wegen (ook dat was al zo moeilijk) is gekozen voor Tijd.
Hieronder vindt u de vijf gedichten, waarvan wij graag uw vertaling ontvangen. Het hoeft niet van allemaal: u mag zich beperken tot n of twee of We zijn benieuwd naar uw keuze(s) en de talen waarin de gedichten vertaald zullen worden!
U kunt vertalingen insturen tot en met 31 december 2010. Iedere in de website opgenomen vertaling wordt beloond met een symbolische, digitale boekenbon van 40 euro!
De Taal
Jacob Israel de Haan
Het meest verlang ik weer de taal te horen,
De taal van Holland, altijd om mij heen.
Hier leef ik, half verheugd en half verloren.
De taal van mijne liedren spreekt niet n.
Voorgesteld door Mieke Danils-Waterman, Jeruzalem
Ochtend aan de Gariepdam
Miriam Van hee
er is niets, tenzij een begin,
een kleine boot in de ochtend
en er, dat is de plek niet alleen
maar ook de herinnering
en het verlangen, er is
een haperend, hunkerend woord
dat rimpels maakt in de taal
komt het van hier, op de oever
waar eucalyptusbomen ruisen
of van daar, waar we ooit,
na de regen, heen wilden gaan
maar we zijn er nu, daar is
het uitzicht: water en land
liggen roerloos te wachten
op zonlicht en wind
er is de plek die we fotograferen
er is de plek waar we zijn, even,
tot we weer verderreizen
Voorgesteld door Jozef Deleu, Rekkem
Nieuwe klinker
Maarten Inghels
Ik schrijf je tot een nieuwe klinker die ruikt
naar jong gras, met een onbestemde kleur
maar prima op de kast staat, in een vaas of
tussen boeken. Je akoestiek klinkt prachtig naast
andere letters, nooit extreem zacht of kwaadaardig luid.
Jou gebruik ik het meest, mijn mond loopt van je over,
mijn pen drinkt gulzig je bloed. Je bent het ontbrekende
brokstuk in de taal, een robuuste tafel waar met servet
aan wordt gedineerd, met eerbied voor spelling.
Aan het einde van een zin vang ik je licht
in een woord, als een caleidoscoop draai ik je
alle kanten op. Ik wacht nog op dat ene gedicht.
Voorgesteld door Hanne Bongaerts, Salamanca
Tijd
Rutger Kopland
Tijd - het is vreemd, het is vreemd mooi ook
nooit te zullen weten wat het is
en toch, hoeveel van wat er in ons leeft is ouder
dan wij, hoeveel daarvan zal ons overleven
zoals een pasgeboren kind kijkt alsof het kijkt
naar iets in zichzelf, iets ziet daar
wat het meekreeg
zoals Rembrandt kijkt op de laatste portretten
van zichzelf alsof hij ziet waar hij heengaat
een verte voorbij onze ogen
het is vreemd maar ook vreemd mooi te bedenken
dat ooit niemand meer zal weten
dat we hebben geleefd
te bedenken hoe nu we leven, hoe hier
maar ook hoe niets ons leven zou zijn zonder
de echo\'s van de onbekende diepten in ons hoofd
niet de tijd gaat voorbij, maar jij, en ik
buiten onze gedachten is geen tijd
we stonden deze zomer op de rand van een dal
om ons heen alleen wind
Voorgesteld door Judit Gera, Boedapest
Woorden
Hanny Michaelis
Woorden: een dubieuze
lekkernij. De sappige
liggen zwaar op de maag.
Zelfs de droogste laten
een wee smaak na. Toch
kan niemand erbuiten,
ik ook niet. Maar als
er dan met alle geweld
spraak gemaakt moet worden,
dan liever kleinspraak.
Voorgesteld door Hanne Bongaerts, Salamanca