Kunt u deze nieuwsbrief niet goed lezen? Bekijk dan de online versie.

Beste leden,

Eind 2022 werden wij allen blij verrast door de grote blijk van waardering die de Nederlandse Tweede Kamer uitsprak voor de internationale neerlandistiek. Via het aangenomen amendement Van der Molen-Van der Woude werd jaarlijks 1 miljoen euro beschikbaar gesteld voor de activiteiten die de IVN onderneemt om de toekomst van de internationale neerlandistiek veilig te stellen, met als speerpunt het investeren in menskracht.

Bij bezoeken aan afdelingen, evenementen en congressen krijgen wij sindsdien begrijpelijkerwijs steevast de vraag hoe het inmiddels staat met ‘het miljoen’. Het korte antwoord is helaas: nog niet goed.

De IVN heeft zich steeds constructief en geduldig opgesteld, met als enige doel: zorgen dat het geld zo snel en goed mogelijk bij onze mensen terechtkomt. Dagelijks horen we verhalen van docenten waaruit blijkt dat de nood voor investeringen onverminderd hoog is. Het valt ons dan ook zwaar om steeds te moeten vertellen dat het geld nog niet beschikbaar is, ondanks dat wij in onze ogen alles gedaan hebben dat in onze macht lag. We voelen ons gesteund door alle begripvolle reacties die we tot nu toe hebben mogen ontvangen.

Via deze brief brengen we jullie op de hoogte van de ontwikkelingen en wat we ondernomen hebben sinds het aannemen van het amendement. Over een groot deel hebben we jullie al geïnformeerd via de maandelijkse nieuwsbrief, het jaarverslag en persoonlijke contacten.

2023

Begin 2023 heeft de IVN op basis van eerdere ledenonderzoeken en onze kennis van de behoeften van het veld zo snel mogelijk een bestedingsplan opgesteld. Daarbij was van belang dat we complementair zouden werken aan wat de Taalunie al doet voor de internationale neerlandistiek. Volgende versies van het plan werden uitgewerkt in goed en regelmatig overleg met de Taalunie en het ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (OCW).

Juni 2023 besloot de minister via een Kamerbrief dat het miljoen volgens drie actielijnen zou worden uitgevoerd:

  • Jaarlijks wordt €600.000 gereserveerd voor investeringen in menskracht, onderzoek en kennisdeling. Zijn voornemen is om de uitvoering via de IVN te laten verlopen.
  • Jaarlijks €300.000 zal geïnvesteerd worden in beurzen voor internationale studenten om een deel van hun studie aan een afdeling Nederlands van een Nederlandse universiteit te volgen. Later werd bekend dat OCW de uitvoering hiervan wil combineren met andere internationale studiebeurzen via een integraal beurzenprogramma.
  • Via de onderwijs- en wetenschapsattachés bij de Nederlandse ambassades zal €100.000 per jaar geïnvesteerd worden in de organisatie van activiteiten en evenementen rondom neerlandistiek in het buitenland.

Van deze drie lijnen is nu, oktober 2024, alleen nog de investering in activiteiten van de onderwijs- en wetenschapsattachés van start gegaan. Het integrale beurzenprogramma is voor zover bij ons bekend nog altijd in ontwikkeling.

Nadat de Kamerbrief was verstuurd, kreeg de IVN instructies om een subsidieaanvraag in te dienen om jaarlijks het gereserveerde budget van €600.000 aan investeringen in menskracht, onderzoek en kennisdeling te kunnen besteden. Eind september 2023 dienden wij deze subsidieaanvraag in om met ingang van 2024 het geld te kunnen ontvangen. Het pakket zou bestaan uit regelingen voor taalassistenten, docentenmobiliteit, fellowships, gastleerstoelen, tijdschriften en promotiebegeleiding. Het hele najaar voerden we intussen gesprekken met (juridisch) adviseurs, medewerkers van onderwijsinstellingen en andere organisaties met vergelijkbare programma’s om onze vereniging klaar te maken voor deze nieuwe taak. Ook werkten we het voorgestelde programma in detail uit.

In december kregen we te horen dat het vanwege juridische vragen niet zou lukken om onze aanvraag voor aanvang van het nieuwe jaar te beoordelen.

2024

In februari hoorden we tot onze verbazing vervolgens mondeling dat onze subsidieaanvraag afgewezen zou worden, vanwege het ‘risico op staatssteun’. Het alternatief: OCW zou zelf subsidieregelingen gaan opzetten en de IVN zou daarbij nauw betrokken worden. Dat laatste gebeurde echter niet, het contact werd vanaf dat moment steeds meer afgehouden en er werd ook niet vastgelegd wat onze rol en mate van inspraak zou zijn. Het bestuur stuurde bezorgde brieven naar de directie van OCW over de voortgang van dit dossier, maar ontving laat en zeer beknopt of helemaal geen antwoord.

Pas half mei ontving de IVN een formele afwijzing van de subsidieaanvraag. De redenering die werd gevolgd, was dat verlening van de subsidie zou leiden tot toekenning van ongeoorloofde staatsteun. Volgens de brief kan niet worden gewaarborgd dat er geen marktvervalsing of staatssteun optreedt vanwege de inrichting van het financieringsprogramma. Om welke reden dat het geval zou zijn, is niet duidelijk. In de brief staat niet van welk voordeel er sprake is en om welke reden dit het handelsverkeer ongunstig zou beïnvloeden. Ook wordt niet gemotiveerd om welke concrete reden de steun de mededinging op de interne markt zou vervalsen.

Vanwege de summiere onderbouwing en het feit dat er nog altijd geen afspraken waren over hoe het amendement dan wel uitgevoerd ging worden, met erkenning van de essentiële rol van de IVN, schakelden we juridische ondersteuning in. Op basis van de adviezen besloten we pro forma bezwaar in te dienen tegen de beslissing, om deze tijd te gebruiken om in goed overleg tot een oplossing te komen met OCW.

Omdat OCW niet open stond voor overleg waren wij in september genoodzaakt om daadwerkelijk bezwaar te maken tegen de beslissing. We wachten nu op reactie van het ministerie, dat om uitstel gevraagd heeft.

Sinds het aannemen van het amendement zijn we bijna 2 jaar verder en een oplossing is nog niet in zicht. Daarom hebben we deze weken ook onze grote bezorgdheid formeel kenbaar gemaakt aan het Algemeen Secretariaat van de Taalunie, de Raad voor de Nederlandse Taal en Letteren, de Interparlementaire Commissie van de Taalunie en diverse Kamerleden. We gaan ervanuit dat het dossier hiermee in beweging komt en de urgentie krijgt die het zo verdient.

Wij hopen dat deze brief helderheid biedt over de ontwikkelingen en de vele pogingen die de IVN heeft gedaan om het dossier vlot te trekken en het geld daar te krijgen waar het zo hard nodig is. Wie desondanks nog vragen heeft kan zich wenden tot onze bestuursvoorzitter Wim Vandenbussche.

Namens bureau en bestuur,

Anne Sluijs
Directeur IVN

Afmelden | www.ivn.nu